Reuzenreiger

Goliath-reigers zijn solitaire verzamelaars en zijn zeer territoriaal ten opzichte van andere Goliaths die hun voedselgebieden binnenkomen. Af en toe kunnen er twee samen worden gezien, maar dit zijn hoogstwaarschijnlijk een broedpaar of onvolwassen. Deze reiger is een dagelijkse en vaak nogal inactieve feeder en jaagt vaak door in het ondiepe water te staan en aandachtig naar het water aan zijn voeten te kijken. Dit is een typische voedingsmethode onder grote Ardea-reigers en het kan in diepere wateren foerageren dan de meeste vanwege zijn grotere formaat. Het kan ook neerstrijken op zware drijvende vegetatie om te voorkomen dat er water omheen golft. Als er een prooi verschijnt, speert de reiger het snel met open onderkaken, waarbij hij beide onderkaken vaak door het lichaam van de vis speert en het dan heel doorslikt. Het is mogelijk dat de snavel af en toe op lokaasachtige wijze wordt gebruikt, waardoor vissen worden aangetrokken door het onbeweeglijke, grote object dat in het water is ondergedompeld. De behandelingsperiode is lang, waarbij reigers hun worstelende prooi vaak op drijvende vegetatie plaatsen terwijl ze zich voorbereiden om het in te slikken. Vanwege de over het algemeen langzame bewegingen en verwerkingstijd is de Goliath vaak kwetsbaar voor kleptoparasitisme. In Afrika pirateren Afrikaanse zeearenden vaak door Goliaths gevangen voedsel, hoewel andere grote vogels, zoals zadelbekooievaars en pelikanen, ook hun prooi kunnen stelen. Prey bestaat bijna geheel uit vis. De reiger van Goliath is gespecialiseerd in relatief grote vissen, met een gemiddeld prooigewichtsbereik in Natal van 500-600 g (1,1-1,3 lb) en een lengte van 30 cm (12 inch). Bij wijze van uitzondering kan de grootste vis waarop wordt gericht, 50 cm (20 inch) meten, hoewel de reiger mogelijk geen prooi tot deze grootte kan inslikken. Kleine vissen worden over het algemeen genegeerd en de gemiddelde Goliath vangt ongeveer 2 of 3 vissen per dag. Brasem, harder, tilapia en karper zijn lokaal geregistreerd als voorkeurssoorten. Alle andere kleine dieren die ze tegenkomen, mogen worden gegeten, inclusief kikkers, garnalen, kleine zoogdieren, hagedissen, slangen, insecten en zelfs aas.

De reuzenreiger komt voor in heel Afrika ten zuiden van de Sahara. Het is geen trekvogel, maar deze reiger komt als dwaalgast ook voor in moerasgebieden in het Midden-Oosten en Zuid-Azië. Het is geen uitgesproken kolonievogel, hoewel broedende reuzenreigers soms voorkomen in gemengde kolonies met andere watervogels. Meestal broedt de vogel als afzonderlijk paar en met slechts een paar soortgenoten in de buurt. Zij doen dit op afgelegen eilandjes in moerasgebieden. Het is een schuwe vogel. Het leefgebied is mangrovebos, kreken, lagunes, moerassen langs rivieren en plassen in bossavannegebieden.

De reuzenreiger heeft een groot verspreidingsgebied en daardoor is de kans op de status kwetsbaar (voor uitsterven) gering. De grootte van de populatie is niet gekwantificeerd. Men veronderstelt dan de populatie stabiel in aantal is. Om deze redenen staat deze reiger als niet bedreigd op de Rode Lijst van de IUCN.