Sultanspecht

Er zijn drie ondersoorten van de sultanspecht: C. l. rufopunctatus (in het midden en oosten van de Filipijnen) C. l. montanus (op Mindanao) C. l. lucidus (Op het schiereiland Zamboanga in het westen van Mindanao en het eiland Basilan). Het is een vogel van zowel primair regenwoud als wat ouder wordend secondair regenbos of bos met dichte ondergroei. Soms in bos bij menselijke nederzettingen, zowel in laagland als tot 1500 m boven de zeespiegel.

Vaak wordt de sultanspecht nog opgevat als een supersoort en worden de sinds 2011 afsplitste soorten gepresenteerd als ondersoorten. BirdLife International gaat nog uit van één supersoort Chrysocolaptes lucidus sensu lato waarmee ook de volgende soorten worden bedoeld: Chrysocolaptes erythrocephalus (roodkopgoudrugspecht, van het eiland Palawan en andere eilanden in het westen van de Filipijnen) Chrysocolaptes haematribon (luzongoudrugspecht in het noorden van de Filipijnen) Chrysocolaptes xanthocephalus (geelkopgoudrugspecht in het westen en midden van de Filipijnen) Chrysocolaptes guttacristatus (grote goudrugspecht van India via het Himalayagebied tot in het oosten van het schiereiland Malakka en de grote Grote Soenda-eilanden Chrysocolaptes stricklandi (Ceylonese goudrugspecht alleen op Sri-Lanka) Chrysocolaptes strictus (Horsfields goudrugspecht het oosten van het eiland Java en Bali) Deze supersoort heeft een groot verspreidingsgebied en daardoor is de kans op de status kwetsbaar (voor uitsterven) gering. De grootte van de populatie is niet gekwantificeerd. De vogel is nog algemeen in geschikt habitat, maar gaat in aantal achteruit. Echter, het tempo ligt onder de 30% in tien jaar (minder dan 3,5% per jaar).Om deze redenen staat Chrysocolaptes lucidus s.l. als niet bedreigd op de Rode Lijst van de IUCN.